door Peter Tomson (7 maart 2019)
museum, muziektempel, godshuis
Na de langdurige restauratie van het gebouw is ook het grote orgel van de Oude Kerk volledig gerestaureerd. We bereiden ons voor op de feestelijke inwijding van het orgel op 11 en 12 mei, tevens de aftrap van een nieuw programma van vernieuwende, ‘ruimtelijke muziek’. Voorlopers hiervan zijn de maandelijkse concerten op de vroege vrijdagmorgen, ‘Silence’, en het ‘Instrument of Troubled Dreams’ in het koor (volgende Silence-concert: vrijdag 5 april, 8.00-9.00 uur). Aanstichter is onder meer Jacob Lekkerkerker, oud-organist van de Oudekerkgemeente en thans muziek-curator van de Stichting Oude Kerk. Naast monument, museum en muziektempel is de kerk natuurlijk ook godshuis: de Oudekerkgemeente houdt zondag aan zondag de lofzang gaande in het eeuwenoude gebouw.
Zo wisselen cultureel, civiel en religieus gebruik van het kerkgebouw elkaar af. De Stichting Oude Kerk vat het samen op haar website:
‘De Oude Kerk is een plek voor contemplatie, intense beeldende kunst- en muziekervaringen. Op zondagochtend en zondagavond wordt de kerk als godshuis gebruikt door de Protestantse Kerk Amsterdam. De Oude Kerk is het oudste gebouw van Amsterdam en een van de nieuwste kunstinstellingen van de stad.’
Het veelzijdige gebruik van de kerk is niet nieuw. Niet alleen is dit wat de Stichting veertig jaar geleden voor ogen stond, het is ook wat eeuwen geleden normaal was toen de kerk een centrum van het stadsleven was. Al met al aanleiding te over voor een nieuwe blog-serie over de gebruiksgeschiedenis, ‘Vensters op de Oude Kerk’.
vroegste geschiedenis
In 1985, toen de eerste restauratie voltooid was, gaf de Stichting Oude Kerk een brochure uit met een overzicht van de bouw- en gebruiksgeschiedenis van de kerk, getiteld: De Oude Kerk in vogelvlucht. De schrijver, A. van Rooijen, maakte gebruik van de informatie uit de opgravingen die tijdens de restauratie waren verricht en de interpretatie daarvan door de briljante archivaris van de Stichting, mej. B.M. Bijtelaar; wij putten er onbeschaamd uit. Boeiend is intussen hoe de brochure achterin het multifunctionele gebruik beschrijft dat men toen beoogde: ‘Het gebouw is geschikt voor feestelijke bijeenkomsten, waarbij de orgels ter beschikking kunnen staan van deskundige bespelers of muziekgezelschappen en theatergroepen kunnen worden uitgenodigd. Film-, radio- en televisie-opnamen en –uitzendingen vinden er plaats.’ Op die weg gaat de Stichting nu voort, maar dan op een doelgerichte manier: vanuit een centraal, samenhangend concept en met een duidelijke, meerjarige planning.
De brochure beschrijft hoe de kerk ontstond en groeide temidden van de stad en haar behoeften. Het prille begin maakt trotse Amsterdammers bescheiden. Rond de elfde eeuw was er een gehucht van vissers en boeren aan de monding van de Amstel, toen een open rivier. Het werd bestuurd door de Heren van Amstel die gevestigd waren in Ouderkerk en horig waren aan de bisschop van Utrecht. Terwille van de waterhuishouding van het achterliggende gebied werd de riviermonding in de dertiende eeuw afgesloten met ‘de Dam’. Het buitengaatse gedeelte werd haven, het ‘Damrak’; het ‘Rokin’ werd binnenwater. Het zo ontstane havenstadje ‘Amesstelledamme’ is voor het eerst vermeld in het tolprivilege van 1275 (dat tot 1892 werd bewaard in de Oude Kerk). De bewoners waren toen technisch Utrechtenaren. Maar niet voor lang: de activistische graaf van Holland, Floris V, verwierf de stad via een machtsstrijd die hem in 1296 zijn leven kostte, door toedoen onder meer van, inderdaad, Gijsbrecht van Amstel.
In diezelfde tijd moet de begraafplaats zijn aangelegd op een opgehoogd stuk grond halverwege het Damrak aan de oostzijde; tot dan toe begroef men in Ouderkerk. Waarschijnlijk werd er ook een kapelletje op gezet, dat al snel werd vervangen door een kerk. Alle touwtjes waren toen in handen van de grafelijke familie van Henegouwen: Jan II was graaf van Holland, zijn broer Guy bisschop van Utrecht. Volgens de reconstructie van mejuffrouw Bijtelaar, die overigens is vereeuwigd in een van de misericordiae in het koor, heeft Guy de kerk gewijd op 16 september 1306.
afbeelding links: de dam met de begraafplaats halverwege het Damrak
In de eeuwen daarna groeide Amsterdam uit tot een handelscentrum, eerst met het Oostzeegebied, later met heel de wereld. De kerk op haar begraafplaats groeide mee. Oorspronkelijk een eenvoudige basiliekkerk, was zij in 1370 uitgegroeid tot een drieledige hallenkerk. Later kwamen de twee transepten (dwarsbeuken) erbij en de vele gildekapellen met hun eigen mogelijkheden voor liturgisch gebruik.
De voltooiing van een lichtbeuk op het schip en koor gaf de kerk de huidige omvang van een basiliek met zeer brede zijbeuken en onvoltooide (lage) dwarsbeuken. Het eindresultaat is dat ietwat kromme en scheve kerklichaam dat is gegroeid uit het gebruik van eeuwen, en waar velen van ons verknocht aan zijn.
(Met dank aan Guido Hoogewoud voor enige aanvulling.)
Blog van de OudeKerkgemeente: korte, persoonlijk getinte stukken over dingen buiten of binnen de gemeente die belangrijk zijn of opvallen, geschreven op eigen verantwoordelijkheid.
Wil je reageren, meeschrijven, of meer weten over de blog, neem dan contact op met Elisabeth Boiten (muskebiis@gmail.com) of Peter Tomson (pjtomson@xs4all.nl) van de redactie.