door Peter Tomson (9 mei 2019)
‘De Oude Kerk: historisch monument, toeristische attractie, museum, plaats waar hedendaagse kunst ten toon wordt gesteld, en ook nog altijd een godshuis waar iedere zondagochtend de eredienst plaatsvindt, één plek met vele functies en betekenissen. Zo is Jacqueline Grandjean de directeur en curator van de Oude Kerk met Jacob Lekkerkerker als organist-titulair, en is er daarnaast de Oudekerkgemeente met dominee Jessa van der Vaart en liturgisch organist Matthias Havinga.’
Met deze tekst opende Wouter Pleijsier op 28 april op Radio 4 de special van ‘Avondconcert’ over ‘De Oude Kerk en de orgelcultuur’, naar aanleiding van de oplevering van het gerestaureerde grote orgel (naluisteren op https://www.nporadio4.nl/gids-gemist/2019-04-28). Het eerste deel bevatte, naast opnamen van het spel van beide organisten, gesprekken met de hen over het orgel en de orgelcultuur, het tweede deel een gesprek met de dominee (JvdV) en teksten van de directeur (JGJ) over het gebruik en de betekenis van de Oude Kerk. Hier volgen enkele (licht geredigeerde) citaten uit het tweede deel.
als je de Oude Kerk binnenstapt
JGJ: ‘Je komt opeens een ruimte binnen die je in het stedelijk patroon niet verwacht. Een enorme hoeveelheid open ruimte, waar het licht door de gotische vensters naar binnen valt en banen door de ruimte trekt. Een van de moeilijkste dingen voor kunstenaars, kan ik me voorstellen, is het neerdalen van de Heilige Geest. Het licht verbeeldt dat voor mij. … Het is immaterieel, het raakt aan de essentie van wat geloof en gedachten zijn voor mensen. Licht speelt voor mij een hoofdrol in de kerk als je daar binnenstapt.’
JvdV: ‘Dat hele gebouw heeft op de een of andere manier een relativerende en troostende werking op mij. Het geeft me het gevoel dat ik de geschiedenis kan aanraken. … Het verbindt me met de tijd, en het heeft ook iets van eeuwigheid. Als ik daar sta, moet ik soms denken aan een tekst die gebruikt wordt bij bevestiging van predikanten en die begint met de woorden: “Wij zijn de eersten niet…”’ Dat ervaar ik het sterkst in het koor, het centrum van de kerk.’
moderne kunst in zo’n oude kerk
JGJ: ‘Veel mensen zeiden: hedendaagse kunst in zo’n oud gebouw, dat is wel aardig, maar het moet over de geschiedenis gaan! In mijn beleving staat geschiedenis altijd in verbinding met het heden, geschiedenis is levend. Bijna iedere tentoonstelling die wij maken levert een zekere discussie op in de samenleving, onlangs nog met een rood raam dat werd geïnstalleerd. … Die discussies zijn soms heel pittig, maar dragen wel bij aan het gesprek dat we met elkaar moeten voeren. Kunst kan schuren, kan pijn doen soms, maar legt zo soms wel iets bloot in de samenleving waar we niet overheen moeten stappen maar met elkaar over door moeten kauwen. … De kunstenaars die hier totnogtoe hebben geëxposeerd heb ik allemaal persoonlijk gevraagd om eerst naar de kerk te komen, omdat die ruimte zo veelbetekenend is. Daar ontstaat ook het idee wat voor werk daar moet komen, en de kunstenaars raken daar vaak geïnspireerd door, hebben er allerlei vragen over, komen met ideeën. Ook kunnen ze iets met die ruimte, kan het werk een relatie leggen met de architectuur, maar ook met de geschiedenis. … Het gaat erom een verbinding te leggen tussen de geschiedenis en de dag van vandaag, met de potentie beide te veranderen. Dat betekent: kunstenaars selecteren die bereid zijn helemaal van nul af aan te beginnen, en niet met een vastomlijnd idee komen dat ze in hun studio bedacht hebben.’
JvdV: ‘Het gebruik van de kerk als expositieruimte vind ik heel spannend, vooral omdat hier kunstenaars worden uitgenodigd om te reflecteren op het gebouw. Het gebouw wordt dus niet gebruikt als een neutrale museumruimte waar kunstenaars hun werken kunnen neerzetten die ze ooit gemaakt hebben en die wij dan kunnen gaan bekijken. Er worden kunstenaars uitgenodigd om zich te laten inspireren door het gebouw. Dat is hier gebouwd als een gebedshuis, en automatisch komen veel kunstenaars terecht op thema’s die ook voor ons als kerkelijke gemeente interessant zijn en die we herkennen uit de christelijke traditie. Zo kan een interessant gesprek ontstaan. Concreet voorbeeld: de tentoonstelling van Christian Boltanski, die zich liet inspireren door het gegeven dat deze kerk eigenlijk één groot graf is. Het thema van de dood dus. De zijbeuken van de kerk stonden vol met enorme tombes, er lagen jassen plat op de grond met de mouwen uitgespreid alsof het dode mensen waren, en uit houten staketsels met jassen eroverheen klonk een vraag als je erlangs liep: “Did you suffer?” of “Who did you leave behind?” Hij noemde de tentoonstelling “NA”, alsof er een hiernamaals zou zijn. Wij realiseerden ons dat er in de bijbel geen sprake is van een “na”, maar van “opstanding” en van een God die naar ons toekomt, een tegengestelde beweging dus. Toen maakten we een hele dienst om die kunstwerken heen, ik heb tussen die jassen staan preken. We hebben dus eigenlijk die hele kunst daar gelaten voor wat het was en hebben er iets naast gezet. Zo ontstond een boeiend gesprek.’
kerkdiensten naast exposities
Op de vraag hoe het verder zal gaan met de kerkdiensten naast de exposities zegt JvdV: ‘Ik hoop dat er een gesprek blijft onstaan tussen wat de kerkelijke gemeente doet op zondagochtend en wat de kunstenaars hier aan thema’s en kunstwerken neerzetten. Dat is een spannende combinatie, ook wel eens spannend in de zin van lastig en ingewikkeld. De kerk is niet meer van de Protestantse Gemeente Amsterdam, en het is bijzonder dat wij hier onze kerkdiensten kunnen houden. … Er worden hier al 700 jaar ononderbroken kerkdiensten gehouden. Dit huis is enerzijds museum, dat gaat over dode dingen, maar het heeft ook een levende ziel, dat is die kerkelijke gemeente.’
In de uitzending kwam JGJ niet te spreken over de kerkdiensten. Ze schreef erover in haar artikel ‘De betekenis van de Oude Kerk’ in het jaarboek Amstelodamum 110 (2018) 210-211: ‘In de Nederlands-Hervormde Kerk (lag er) vanouds een zware nadruk op de prediking van het Woord en was er weinig aandacht voor vormgeving en ritueel. Dit werd door aanhangers van de liturgische beweging … als een gemis ervaren. Kenmerkend voor die beweging was daarom een uitdrukkelijke aandacht voor liturgische vormgeving … In de Oude Kerk … kwam de liturgie centraal te staan, waarbij het avondmaal (weer) in het hoogkoor plaats vond.’
muziek van Jacob Lekkerkerker en Matthias Havinga
U kunt beide organisten horen en zien spelen, ieder op eigen wijze en met al hun passie en precisie: Jacob Lekkerkerker in het improviseren samen met andere kunstvormen, Matthias Havinga met oude en nieuwe muziek in kerkdiensten en concerten.
Lekkerkerker bv. op het (nog niet gerestaureerde) grote orgel van de Oude Kerk met taiko-speler Leonard Eto en tapdanseres Roxane Butterfly in ‘Encounters at Oude Kerk Amsterdam’, of met Eto op een orgelfestival in Toulouse, of in het Orgelpark in Amsterdam.
Matthias Havinga kunt u horen en zien op het koororgel in de Oude Kerk met Sweelincks variaties op ‘Ons is gheboren een kindekijn’ (ook in de uitzending gedraaid), of in het Bimhuis met Sweelincks Fantasia à 3 in g, alsmede via een eigen website.
afbeeldingen: de Oude Kerk met de expositie van de ‘rode ramen’ van Giorgio Andreotta Calò (mei – sept 2018) en de Avondmaalstafel in het hoogkoor van de Oude Kerk (foto’s Peter Tomson)
de teksten uit ‘Avondconcert’ van 28 april 2019 op NPO Radio 4 zijn geciteerd met toestemming van de programmamaker, Wouter Pleijsier.
Peter Tomson is emeritus hoogleraar theologie, lid van de Oudekerkgemeente en lid van de Raad van Toezicht van de Stichting Oude Kerk.
Blog van de OudeKerkgemeente: korte, persoonlijk getinte stukken over dingen buiten of binnen de gemeente die belangrijk zijn of opvallen, geschreven op eigen verantwoordelijkheid.
Wil je reageren, meeschrijven, of meer weten over de blog, neem dan contact op met Elisabeth Boiten (muskebiis@gmail.com) of Peter Tomson (pjtomson@xs4all.nl) van de redactie.