Duiven

Evangelielezing: Johannes 2,13-22

Nu was het joodse paasfeest nabij en Jezus ging op naar Jeruzalem. En hij vond in de tempel de verkopers van runderen en schapen en duiven en de wisselaars die daar zaten. En hij maakte een zweep van touw en dreef allen uit de tempel, de schapen en de runderen; en het geld van de wisselaars wierp hij op de grond en hun tafels keerde hij om. En tot de duivenverkopers zei hij: ‘Neem dit alles hier vandaan, maak het huis van mijn vader niet tot een markt!’ Toen herinnerden zijn leerlingen zich dat er geschreven staat: ‘De ijver voor uw huis zal mij verteren’. De kopstukken onder de joden antwoordden en zeiden tot hem: ‘Welk teken kunt u ons laten zien, dat u recht geeft tot wat u daar doet?’ ‘Jezus antwoordde en zei tot hen: ‘Breek deze tempel af en binnen drie dagen zal ik hem laten herrijzen’. Daarop zeiden de joodse leiders: ‘Zesenveertig jaar heeft de bouw van deze tempel gekost en u zult hem binnen drie dagen laten herrijzen?’ Maar hij sprak van de tempel van zijn lichaam. Toen hij opgewekt was uit de doden, herinnerden zijn leerlingen zich dat hij dit gezegd had en zij geloofden de Schrift en het woord
dat Jezus gesproken had.

vertaling: Nederlands Bijbelgenootschap 1951